Een fascinerend en ongemakkelijk hybride boek over Gods heil in onze tijd

De missioloog Stefan Paas snijdt met zijn boek ‘Vrede op aarde’[1] een belangrijk thema aan.[2] Hoe kun je in onze Westerse samenleving spreken over het heil en de redding, die God voor de mensen in petto heeft? Want het is voor christenen vandaag moeilijk om die boodschap aan de man of de vrouw te brengen.

De samenleving is geseculariseerd en heeft weinig gevoel voor wie God is. Ook christenen zelf hebben moeite om overtuigend hun geloof te beleven en uit te dragen. Paas wil in zijn boek een soteriologie[3] d.w.z. een verwoording van Gods heil en redding bieden, waarin de innerlijke logica en samenhang van het goede nieuws van het evangelie van Jezus Christus in het seculiere Westen weer duidelijk wordt. Maar vooral wil hij er een bijdrage aan leveren dat het evangelie opnieuw zo’n bezielend verhaal voor christenen zelf zal worden, dat zij die vanuit overtuiging willen delen.

Om dat verhaal te vinden gaat Paas te rade bij de traditie. Is er iets mis met de wijze waarop de traditie de boodschap van het heil en redding aangereikt heeft, dat die boodschap nu aan kracht en betekenis heeft ingeboet? Ligt daarin een verklaring, dat christenen vandaag beschroomd zijn om het evangelie met niet-gelovigen te delen? Vanuit een kritische beschouwing van de bevindelijke geloofstraditie waarin hij opgegroeid is, probeert Paas met deze traditie als lens het verhaal van Gods heil zo te vertellen, dat hij ook zelf vandaag weer met dat verhaal kan leven.

In een longread[4] heb ik mijn leeservaringen op papier gezet. Ik begin daar met enige algemene indrukken. Vervolgens bespreek ik het ‘piëtistisch heilsdrama’ dat in de bevindelijke reformatorische kerken en traditie centraal staat en dat Paas als uitgangspunt neemt om zijn boek op te bouwen. In het boek beslaat dat de hoofdstukken 1 t/m 3. In het ‘heilsdrama’ gaat het erom of je echt mag ervaren dat God, ook al ben je een onverbeterlijk zondaar, jou vanwege zijn diepe liefde genadig wil vergeven en redden. Het gaat niet om het weten daarvan door verstandelijke geloofskennis, maar om het werkelijk diep en affectief ervaren van Gods liefde. Daarom concentreer ik mij vervolgens op hoe Paas dit ervaringsbegrip benadert en hoe hij spreekt over het ervaren van God en heil.

In de hoofdstukken 3 t/m 6 van zijn boek biedt Paas drie casestudy’s aan, waarvan de strekking is dat de manier van geloven volgens het ‘piëtistisch heilsdrama’ tot systematisch falen leidt als het gaat om de omgang met de slavernij, de overdracht van geloof vandaag en de omgang met klimaat en schepping. Zo wordt begrijpelijk dat het christelijk geloof een slechte naam gekregen heeft en dat het vandaag niet meer lukt om het evangelie op deze manier geloofwaardig te delen. Een belangrijke lijn in zijn boek is dat deze piëtistische manier van geloven volop past in de context van de 17e- en 18e-eeuwse samenleving, maar in onze tijd volkomen vreemd is geworden. Bij het alternatief dat Paas in hoofdstuk 7 schetst om het evangelie van Gods ‘heil’ en ‘redding’ vandaag te verwoorden plaats ik vervolgens enkele kanttekeningen, waarna ik mijn waardering van het boek afsluit met een drietal samenvattende conclusies.  

De eerste is dat Stefan Paas met zijn boek voor de christelijke kerk een belangrijk thema aansnijdt en in zijn afsluitend hoofdstuk een fascinerende en waardevolle weg wijst om in een geseculariseerde samenleving te spreken over het ‘heil’ en de ‘redding’, die God aan een verloren en dolende mensheid wil geven. Een visie die mijns inziens vruchtbaar is om verder uit te werken en te onderbouwen.

Een tweede conclusie is dat ik minder enthousiast ben over de manier, waarop Paas het boek opgezet en zijn betoog onderbouwd heeft. Het heeft een vreemd hybride en meanderend karakter, wat het ook bij tijden een ongemakkelijk boek maakt om te lezen. Hij presenteert het als een theologisch boek, waarbij hij in schrijfstijl rekening wil houden met de in het onderwerp geïnteresseerde lezer. Toch vond ik het lastig om de intenties van Paas in zijn betoog goed te peilen. Tot aan hoofdstuk 7 heb ik mij bij ieder hoofdstuk voortdurend afgevraagd, waar hij naar toe wilde, hoe hij de informatie die hij in elk hoofdstuk presenteerde waardeerde, en wat hij wel en wat hij niet van de vele visies waar hij naar verwijst uiteindelijk voor zijn rekening zou nemen.

Het hybride – ten derde – zit er volgens mij ook in dat hij feitelijk twee verschillende doelstellingen in zijn boek heeft willen combineren door op basis van de eerste doelstelling conclusies te trekken voor de tweede. Enerzijds biedt hij een persoonlijk getoonzette kritische reflectie op de piëtistische traditie waar hij vandaan komt, anderzijds wil hij een visie formuleren op ‘heil’ en ‘redding’ in deze tijd. Mijn conclusie is dat het eerste een te smalle basis was om het laatste te bereiken. Zo’n visie vergt mijn inziens in ieder geval ook een gedegen bijbels- en systematisch-theologische onderbouwing, door hem aangeduid als een methode ‘van bovenaf’ die niet zijn voorkeur heeft.

Overigens is Paas volgens mij uitstekend in staat om het manco dat volgens hem aan zo’n benadering ‘van bovenaf’ kleeft, te voorkomen. Op basis van wat hij in dit boek heeft laten zien, lijkt hij capabel genoeg om die ‘bijbels- en systematisch-theologische’ onderbouwing in zijn voorstel te verwerken zonder “zijn dialect en nestgeur te verdoezelen” (336). Ik hoop dat hij ons zo’n geïntegreerde visie op ‘heil’ en ‘redding’ in onze tijd in een volgend boek niet zal onthouden.


[1] Stefan Paas, Vrede op aarde. Over heil en redding in deze tijd, KokBoekencentrum Uitgevers, Utrecht, 2023.

[2] Zie ook de aankondiging die ik eerder in het Gereformeerd Kerkblad d.d. 27-10-2023 over het boek schreef: https://fpathuis.wordpress.com/2023/10/27/het-evangelie-van-gods-heil/.

[3] Soteriologie is de leer van het heil, als term afgeleid van de Griekse woorden sotèr (σωτήρ) dat ‘redder’ of ‘heiland’ betekent, en van soteria (σωτηρία) dat redding betekent.

[4] Hier te downloaden: https://edu.nl/ph8rr  

Het evangelie van Gods heil

Op 31 oktober 1517 sloeg Maarten Luther 95 stellingen aan de slotkapel in Wittenberg. Het is de start van de Reformatie, met als kern dat de schat van de kerk is ‘het allerheiligst evangelie van de heerlijkheid en de genade van God.’ Maar hoe verwoord je dat heil en hoe maak je de betekenis daarvan duidelijk? In de tijd van de Reformatie was ‘de rechtvaardiging van de goddeloze’ het slagwoord. In zijn recente boek ‘Vrede op aarde’ pleit Stefan Paas er vanuit een missionaire invalshoek voor om vandaag de begrippen ‘vrede’ en ‘verbond’ in de verwoording van Gods heil centraal te stellen. 

[Artikel in Gereformeerd Kerkblad d.d. 27 oktober 2023 door Fokke Pathuis ]

De aanleiding voor Paas om zijn boek te schrijven is het ongemak dat veel orthodox-protestantse christenen vandaag ervaren bij het Bijbelse verhaal, zoals ze dat gehoord hebben. Dat je alleen gered kunt worden als je op Jezus vertrouwt als je persoonlijke verlosser. Het christelijk geloof lijkt gereduceerd te zijn tot de ziel en de burgerlijke moraal, terwijl het lastig geworden is om God in het gewone, geseculariseerde leven te ervaren. Paas wil een handreiking bieden om vandaag via herkenbare religieuze praktijken een ‘vertrouwdheid met God’ op te bouwen, die hij omschrijft als ‘ontzag voor de HEER’.

Praktijken

Volgens Paas scharniert het Nieuwe Testament om ‘vrede’, die gekomen is doordat God trouw is aan zijn verbond. Hij verwijst naar Paulus die in Romeinen 3 schrijft dat in Jezus ‘Gods gerechtigheid’ (vs. 21) zichtbaar geworden is. Jezus’ komst bewijst dat God ‘voorbijgaat aan de zonden van het verleden’ (vs. 25). Zo ‘bewijst God zijn rechtvaardigheid’ (vs. 26), wat Paas samenvat als: ‘zijn radicale toewijding aan het verbond met zijn schepping.’ Opvallend is dat Paas in zijn uitleg van Romeinen 3 een totaal andere invalshoek lijkt te kiezen dan de Reformatie, die niet zozeer de wereld en de schepping centraal stelde, maar de individuele gelovige.

De centrale vraag voor Luther was: hoe kom ik recht tegenover God te staan? Die vraag kwam voort uit de religieuze praktijken van schuld en boete van de late Middeleeuwen. Doel van die praktijken was het verdienen van de genade van God door goede werken te doen. Daar tegenover komt Luther tot het inzicht dat de mens totaal niet in staat is om zo God tot genade te bewegen. In Rom. 1:17 vindt hij bevrijding van die onmogelijke poging: ‘De rechtvaardige zal door geloof leven.’ God zelf schenkt ons uit genade vrijspraak. Wij kunnen en hoeven niets te verdienen bij God. Niet op grond van goede werken, maar dankzij de kruisdood van Christus verklaart Hij – om niet – goddelozen rechtvaardig. Luther ruilt de religieuze praktijk van de boete in voor die van de prediking. Voor de Reformatie is de verkondiging van het evangelie hét middel om de gelovige te overtuigen en tot geloof te brengen dat God hem dankzij Christus welgezind is en vergeving van de zonden wil schenken.

Volken

Vanuit de manier waarop Lucas en Paulus het evangelieverhaal vertellen, lijkt de nadruk op de vergeving van de zonden in de Reformatie niet vreemd. Wel verwonderlijk is, dat de vertolking van het evangelie eeuwenlang voornamelijk op het persoonlijke heil van de gelovige gericht is geweest. Wie vanuit dat perspectief de samenvatting van het evangelie in het Nieuwe Testament terugleest, ziet dat dit een versmalling van de reikwijdte van de Bijbelse boodschap is. Jezus adresseert de verkondiging in Lucas 24:46-47 en Handelingen 26:17-18 collectief aan ‘de volken’, samenvattend: ‘door in Mij te geloven zullen ze vergeving krijgen voor hun zonden, en samen met allen die Mij toebehoren zullen ze deel krijgen aan mijn koninkrijk.’

Heil omvat in de Bijbel allerlei aspecten, waarvan de persoonlijke vergeving van zonden er één is: (a) verlossing uit moeilijke situaties, (b) verzoening tussen God en mens(en), (c) vergeving van schuld, overtreding, en mis/wandaden, (d) rechtvaardiging i.p.v. veroordeling/ toorn van God, (e) de positie van kind van God ontvangen/erfgenaam zijn, (f) vernieuwing van de mens als persoon, (g) heiliging van het leven, en (h) leven in Gods koninkrijk.

Gods koninkrijk

Boeiend is het te lezen hoe Paas, vanuit een kritische noot naar de piëtistische versmalling van het evangelie, het bredere perspectief van Gods koninkrijk kiest om Gods heil te verwoorden. Ook de hedendaagse zoektochten (1) naar gerechtigheid in een wereld vol onrecht, (2) naar verbinding in een samenleving vol polarisatie, en (3) naar een duurzame wereld, mag je duiden als praktijken met een religieuze dimensie, waarin gelovigen Gods heil zoeken en tot ervaring van God kunnen komen.